Birgit Knoechl
Nerveuze sculpturen
Na een lange winter is van veel bladeren het bladmoes verteerd. Wat overblijft, is het nerfskelet, een tee buizenstelsel waardoorheen in groeizame perioden de voedingstoffen werden aangevoerd. In het ontkleurde lijnenspel van de nerven is het voormalige blad meestal nog wel te herkennen. De Oostenrijkse Bigit Knoechl reduceert in inkt alle mogelijke vormen van vegetatie tot een zwierig, bijna bandeloos lijnenspel. Wanner ze haar tekeningen vertaalt in papier sculpturen gaat slechts weinig van het handschrift verloren, maar is de toename in ruimtelijkheid explosief.
Wildgroei
out of control – the autonomy of growth is de titel die Bigit Knoechl (Wenen, 1974) aan een aantal installaties heeft meegegeven. Woest woekeren de sculpturen in de hoek van een ruimte. Het lijkt een kwestie van tijd eer het onmogelijk zou worden die ruimte te betreden. Ondertitel van een anderen installatie vegetal_conspiracy! Het is alsof de boosaardige planten uit The Day of the Triffids (boek, film én miniserie) zijn teruggekeerd.
In 2008 presenteerde Birgit Knoechl haar hybrid archiv I – LXXX, een verzameling van 80 uitgesneden schetsen van plataardige en pseudoplantaardige vormen. Als inspiratiebron kan worden gewezen op de illustraties die Ernst Ha¬eckel (1834 -1919) maakte voor zijn Kunstformen der Natur (1899-1904). De gesneden tekeningen van Knoechl zijn stuk voor als droogbloemen „geconserveerd“ achtereen glazen plaat, naast en boven elkaar opgehangen als een database voor nader onderzoek. Knoechl maakt met weinig middelen haar snijwerk. Aan papier, (zwarte) inkt en een scherp mes heeft ze genoeg. Waar ze voor haar archiv het snijwerk bewust vlak etaleert, waaieren de ruimtelijke werken weelderig uit in alle beschikbare richtingen. De sculpturen – wat zo mag je ze wel noemen – die haar installaties bevolken kunnen metersgroot uitvallen. In muzikale termen is een capriccio een bokkig, springerig stuk, levendig en niet gebonden aan een vaste vorm. Het is een omschrijving die – om in muziektermen te blijven – kan worden getransponeerd op het snijwerk van Knoechl. Het toch al grillige karakter van haar tekenstijl versterkt ze doordat de uiteinden van de hangende gewassen aan alle kanten zijn omgebogen, welven en zelfs in elkaar steken. Het schaduwspel door de open structuren, maar ook de keuze voor louter zwarte-wit, of bloedrood in het geval ban de serie cut_reds, vergroten de levendigheid.
In haar plant_lab – alweer zo’n raak gekozen titel van een serie werken – werkt Birgit Knoechl gestaag aan een vrijstaat, die een afspiegeling zou kunnen zijn van een wereld zonder menselijk ingrijpen.
Text by Frank van der Ploeg
published in the catalogue for the Holland Paper Biennale 2010
Museum Rijswijk and CODA Apeldoorn,
8 June – 12 Septemer 2010